Liefdesbrief aan Erasmus

Anonim

Plannen voor het weekend

het jaar van je leven

(Versie beschikbaar in het Engels) In het leven nemen we constant beslissingen. Sommige zijn cruciaal, andere banaal. Sommige bepalen onze nabije toekomst, vele andere alleen het heden; maar er zijn er die de rest van ons leven kunnen markeren. Erasmus is er daar één van. En wie het ook heeft meegemaakt, weet waar ik het over heb.

Het begint allemaal met een bestemming, een enkeltje en een koffer vol illusies en verwachtingen maar ook angsten, twijfels en onzekerheid. Van dat gevoel van vliegen naar een nieuwe horizon.

Jaren later, nostalgie terzijde, kan ik luid en duidelijk zeggen dat ik niet verkeerd was, dat elk van de dagen die ik daar doorbracht niets was wat ik verwachtte te vinden, dat elk van de mensen die ik ontmoette niet waren zoals ik me had voorgesteld, ze waren en zijn veel beter.

Ik vertrok met duizend redenen om te vertrekken, en ik kwam terug met een miljoen redenen om te blijven; Ik ging weg omdat ik een plek wilde ontdekken, en ik kwam terug met een huis en een gezin dat werd geboren binnen vier muren die ik al snel thuis noemde.

Wie ging me vertellen dat de stad die ik die middag half september door het raam van het vliegtuig zag? het zou mijn thuis worden.

Wie ging me vertellen dat ik zou slapen in stations, luchthavens en zelfs vaporetto's. Dat we in de hal van de residentie zouden moeten dineren omdat we niet allemaal in één kamer pasten. Dat het het eerste jaar zou zijn dat ik niet wilde dat de zomer zou komen.

Je ontdekt al snel dat alle clichés waar zijn, te beginnen met de bureaucratie: een nieuw mobiel nummer, een bankrekening, een universiteitskaart en de twee meest gehate woorden: 'Leerovereenkomst', want wie niet heeft gegoogeld om hun onderwerpen te valideren, betaalt voor de eerste ronde van opnamen.

Je kunt in een flat of in een residentie wonen, min of meer naar de universiteit gaan en koken, of iemand vinden die ervan houdt om het te doen.

Sommigen leren de taal, anderen keren naar huis terug met een accent ergens tussen Canarisch en Andalusisch. Sommigen vinden elke nacht liefde en anderen vinden op een avond de liefde van hun leven.

Maar als er iets is dat alle Erasmusstudenten gemeen hebben, Het is het feest.

Wie herinnert zich niet dat kaartje met die drie blauwe letters? ESN: de sleutel die de deuren van alle nachtclubs opende.

Ja het is juist. Ik zal niet degene zijn die het ontkent. Erasmus gaat bijna elke dag van de week uit (en ik zeg bijna omdat er altijd een uitzondering is). Er kan een tijd komen dat je lichaam lijdt en het komt in je op om thuis te blijven, maar dan rijst altijd dezelfde vraag: Wat als ik vandaag iets spannends mis?

Het is tijd om het te erkennen: lieve ouders die geloofden (of niet) dat we naar de les gingen, je weet al de echte reden dat onze laatste verbindingstijd 7 uur 's ochtends was.

Het onderwerp van het feest is waar, evenals dat waarvan vroeg of laat kom je toch samen met Spanjaarden, ook al had je voorgesteld dat niet te doen. Ze zeggen ook dat het gemakkelijker is om te passeren, en meestal is dat ook zo, hoewel ik ook veel ellebogen op een geweldige manier heb zien wegzakken.

Wat doet de Erasmusstudent als hij niet aan het feesten is? Een van de mooiste dingen in het leven: reizen. Doorkruis Polen met de PolskiBus, ontdek Amsterdam op de fiets, sluip de Oktoberfest-stands in München binnen, eet chocolade op in Brussel, met de auto door Zuid-Italië toeren, naar de zonsondergang op de Seine kijken...

Zoveel herinneringen, zoveel momenten... Tien maanden die zo intens zijn als een mensenleven en waarin alles wordt uitvergroot (ik lach om Big Brother).

Tien maanden waarin je leert, dit keer echt, dat vrienden de familie zijn die je kiest, dat je maar één keer twintig jaar in je leven hebt, dat het leven te kort is om 's ochtends met spijt wakker te worden; en te lang om niet af en toe een kater te hebben. Dat Cola Cao een basisbehoefte is, dat strijken eenmalig is en dat het bijhouden van een schema overschat wordt.

En op een dag verbaas je jezelf als je door die straten loopt doelloos, met die mensen die een fundamenteel onderdeel van je leven zijn geworden, en je realiseert je dat je mist je bed niet meer, want je plek is daar.

En hoeveel jaren er ook verstrijken, het maakt niet uit hoeveel steden de zolen van je schoenen verzamelen, geen enkele zal iets te maken hebben met degene die getuige was van je Erasmus. Omdat het van jou is omdat je hem net zoveel te danken hebt als de Eiffeltoren trappen heeft en de Trevifontein munten heeft.

Want deels ben je vandaag wat je bent dankzij hoe hij je gemaakt heeft. Want alle wegen leiden naar dat plein, naar die louche bar, naar die metrohalte.

Wat maakt het uit waar je vandaan komt, en wat maakt het uit waar je heen gaat, als je er nu bent. Gelukkig geheugen. Gelukkig erasmus.

Lees verder